Koop- en garantiewet

Deze tekst is geschreven door Mr. Ing. Willy Arets en Drs. Gina Kornblith.

1.Inleiding
De koper van een zieke of onhandelbare papegaai hoeft juridisch gezien niet te wanhopen. Ook niet wanneer de vogel ondanks toezeggingen niet kan praten. In al deze gevallen heeft de teleurgestelde koper recht op genoegdoening. In de wet staat precies wat dat betekent en wanneer men zich daarop kan beroepen. Een consument hoeft dit recht nimmer prijs te geven.

Miskopen zijn vervelend. Men moet terug naar de winkel en een sceptische verkoper uitleggen wat er aan de hand is. Defecte apparaten kunnen meestal goed worden omgeruild of gerepareerd.
Bij dieren is een miskoop echter rampzalig. Dieren zijn onvervangbaar en niet altijd te genezen. Bevredigende oplossingen liggen dan ook zelden voor het oprapen. Die worden extra bemoeilijkt wanneer blijkt, dat mens en dier aan elkaar gehecht zijn geraakt.
Deze bijzondere omstandigheden spelen een rol bij de toepassing van de wettelijke koopregels (de koopwet) op de aanschaf van papegaaien, kaketoes en ara’s.

De tekst gaat door onder deze advertentie

Hierna wordt in grote lijnen de koopwet vanuit het gezichtspunt van de koper beschreven. Het gaat over de koop tussen een particulier en een professionele handelaar. Dat noemt men een consumentenkoop. Ter illustratie zijn praktische voorbeelden gebruikt. De ene keer zijn die toegesneden op een papegaai en de andere keer op gebruiksgoederen. De koopwet is op beide van toepassing omdat hierin geen onderscheid wordt gemaakt tussen dingen en dieren.

2. Consumentenbescherming
De consumentkoper staat juridisch zeer sterk. Dat komt omdat de koopwet onder meer precies aangeeft waaraan de gekochte vogel moet voldoen. Simpelweg staat er, dat deze aan de overeenkomst moet beantwoorden. Dat is volgens de wet niet het geval, wanneer de vogel niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van onder meer het verkoopgesprek of andere informatie mocht verwachten. De koper mag ten minste verwachten, dat het dier de eigenschappen bezit die nodig zijn voor normaal gebruik.

Dit alles betekent, dat een papegaai onder meer geen ziektes mag hebben of krijgen als gevolg van een (erfelijke) aandoening. Hij mag ook niet onhandelbaar zijn, onophoudelijk schreeuwen of in ernstige mate gevaarlijk en agressief gedrag vertonen. Deze gebreken belemmeren immers een normaal gebruik van de vogel en zijn daarom verboden.
Een papegaai met dergelijke afwijkingen beantwoordt dan ook niet aan de overeenkomst. De verkoper is, in juridische taal, tekortgeschoten in het nakomen van zijn verplichtingen; er is sprake van wanprestatie.

3. Wanprestatie
Bij wanprestatie heeft de koper recht op de volgende vier vormen van genoegdoening:
o herstel/genezing, of
o vervanging/omruiling, of
o prijsverlaging, of
o ontbinding van de koop.
Daarnaast heeft de koper recht op vergoeding van de gevolgschade die hij door de wanprestatie heeft geleden, als die schade ten minste aan de verkoper kan worden toegerekend. Dat is bijvoorbeeld al het geval wanneer de verkoper schuld heeft aan het gebrek of de afwezigheid daarvan heeft gegarandeerd. Ook kunnen de wet of beroepsopvattingen tot schadeplichtigheid van de verkoper leiden. Het gaat hierbij meestal om de kosten van medicijnen of diergeneeskundig onderzoek c.q. behandeling van de zieke vogel.
In beginsel bepaalt de koper welke vorm van genoegdoening in zijn geval passend is.

4. Wie betaalt de kosten bij wanprestatie?
Alle kosten van herstel c.q. genezing van een zieke papegaai komen voor rekening van de verkoper. Bij de koop van dieren geldt in verband met de daaraan voor de koper verbonden emotionele en morele belangen, dat de verkoper al snel zal moeten accepteren dat de koper recht heeft op diergeneeskundige behandeling van het zieke dier. Vooral indien met een dergelijke behandeling een goede kans op succes bestaat. Dit recht van de koper op een kosteloze diergeneeskundige behandeling van het zieke dier geldt ook indien omruiling, prijsverlaging of ontbinding van de koop voor de verkoper aanmerkelijk goedkoper zou zijn.

Wanneer herstel onmogelijk is of in verhouding tóch te kostbaar, dan heeft de koper kosteloos recht op een nieuwe gelijksoortige vogel. Het dier wordt dan omgeruild.
Omruiling door een soortgelijk exemplaar is bij de koop van dieren echter meestal geen passende vorm van genoegdoening. Dieren zijn immers qua eigenschappen, karakter en persoonlijkheid uniek en daarom bestaat ‘iets soortgelijks’ nu eenmaal niet.
Bovendien is omruiling ongewenst wanneer hechting tussen koper en dier heeft plaatsgevonden; men kan de lieve vogel niet meer missen.

Is herstel van de zieke vogel onmogelijk en komt omruiling ook niet in aanmerking dan heeft de koper recht op prijsverlaging. Hij krijgt dan een redelijk deel van de aankoopprijs terug.
Wil men het gebrekkige dier toch niet houden, dan blijft ontbinding van de koop als laatste oplossing over. Ontbinding wil zeggen: vogel terug, geld terug. Bij geringe afwijkingen kan ontbinding echter niet altijd verlangd worden maar wél teruggave van een redelijk deel van de koopprijs die men voor de papegaai heeft betaald.

5. Normale & bijzondere eigenschappen
Wanneer men wil weten of de verkoper wanprestatie heeft gepleegd dan moet men zich dus afvragen of de gekochte papegaai aan de overeenkomst beantwoordt. Dat is op de eerste plaatst het geval als de vogel geschikt is voor normaal gebruik. Dat wil zeggen dat hij een goede gezondheid heeft en een dierenleven lang meekan. Een zieke of kreupele vogel of een die niet kan vliegen, voldoet niet aan die eis. Bovendien moet de vogel zich als huisdier manifesteren, ongevaarlijk zijn en niet continue schreeuwen of bijten.
Op de tweede plaats moet de vogel de bijzondere eigenschappen bezitten die de verkoper heeft toegezegd: zoals bijvoorbeeld de toezegging dat de papegaai goed kan praten, van een zeldzame soort is of geschikt voor de kweek.

6. Het verkoopgesprek
Wat men van een papegaai allemaal mag verwachten hangt voor een deel ook af van hetgeen tijdens het verkoopgesprek over en weer is besproken. Koper en verkoper moeten zich daarbij actief opstellen.
Op de verkoper rust een mededelingsplicht. Hij zal zich onder meer moeten verdiepen in zijn klant. Als deze onrealistische verwachtingen heeft dan mag de verkoper hem niet in die waan laten. Onzichtbare afwijkingen zal de verkoper moeten melden. Zoals van een gebruikte auto het schadeverleden en de kilometerstand moeten worden meegedeeld zo moet de verkoper van een papegaai de gezondheidsgeschiedenis en leeftijd melden.
Ook zal de verkoper moeten waarschuwen, dat bijvoorbeeld een ara op een eenkamerflatje eigenlijk geen goed idee is, noch voor de koper, noch voor de vogel. De verkoper moet zich dus in de leefsituatie van de klant verdiepen, maar ook met het oog op het dierenwelzijn in de huisvesting van de vogel. Hij dient de klant ook te wijzen op de mogelijkheid van burengerucht bij de aanschaf van een extreem luidruchtige papegaai. Bij de verkoop van een in potentie gevaarlijk dier rust op de verkoper een bijzondere mate van verantwoordelijkheid bij het verkopen van een dergelijk dier. Een waakzame dierenhandelaar dient een onvoorzichtige klant uit de droom te helpen.

Aan de andere kant mag de koper zijn onderzoeksplicht niet verzaken. Hij zal de nodige vragen moeten stellen. Waar hij twijfelt of moet twijfelen, dient hij zelf op onderzoek uit te gaan. Bij de aanschaf van dieren mag men aan de onderzoeksplicht hoge eisen stellen. De koper ondergraaft zijn eigen juridische positie, wanneer hij die niet nakomt. Hij zal daarom het volgende moeten doen:
o zich goed en zorgvuldig (laten) informeren,
o de thuissituatie aanpassen,
o eventuele huisgenoten instrueren,
o zijn eisen en wensen m.b.t. de vogel en handelaar op een rijtje zetten,
o een deskundige dierenhandelaar of kweker selecteren,
o duidelijk met de verkoper van de papegaai communiceren,
o de juiste vragen stellen en doel van de aankoop meedelen,
o de instructies van de verkoper opvolgen (voeding, behandeling, huisvesting etc),
o medische onderzoeken eisen of zelf organiseren,
o controleren of alle noodzakelijke documenten kloppen en aanwezig zijn,
o een schriftelijk contract gebruiken, bijzondere eigenschappen vastleggen,
o klachten tijdig melden,
o de gezondheid en het welzijn van de vogel bevorderen.

7. Klachttermijn
Het is al eerder gezegd, bij een miskoop staat de koper sterk. Hij heeft echter ook plichten. Naast zijn onderzoeksplicht en de plicht om de koopprijs te betalen rust op de koper de verplichting om eventuele klachten tijdig te melden. Zodra hij een gebrek in de vogel heeft ontdekt moet hij de verkoper daarvan tijdig in kennis stellen. Na ontdekking heeft de koper daarvoor circa twee maanden de tijd. Echter ook hier geldt: hoe sneller hoe beter. Wanneer de verkoper na ontvangst van de klacht niet reageert, dan moet de koper binnen twee jaar in actie komen, wil hij zijn recht op gratis genoegdoening niet verliezen.

8. Bewijslast
Wie kent niet de uitspraak: wie eist, die bewijst. Deze uitspraak zegt iets over de bewijslast bij een juridische klacht. Wanneer het gekochte dier onverwachte gebreken vertoont, dan zal de koper de aanwezigheid van die gebreken moeten bewijzen. Gelukkig komt de wet de consument daarbij een stuk tegemoet. Manifesteert een gebrek zich binnen een termijn van zes maanden vanaf de aflevering, dan wordt in beginsel vermoed dat het gebrek al bij de aflevering bestond. Het ligt dan op de weg van de verkoper om het tegendeel daarvan te bewijzen. Gedurende de eerste zes maanden is de bewijslast dus ten gunste van de consumentkoper omgekeerd.

9. Tot wanneer is de verkoper aansprakelijk?
Waarover men tegenwoordig ook klaagt, of het nu de defecte broodrooster is, of de lekkende wasmachine, steeds vaker krijgt men in de winkel te horen: helaas mevrouw, de garantie is verstreken. De verkoper bedoelt daarmee, dat hij er weliswaar alles aan zal doen om de klacht op te lossen, maar dan wél niet op zijn kosten, zo is dat nu eenmaal, mevrouwtje. Soms hoeft men na veel geruzie uit coulance toch niet te betalen. Wát een service!

Een mondige consument hoeft zich bij deze irritante praktijk niet neer te leggen. Dat komt omdat de koopwet geen (garantie)termijnen noemt. Zo staat nergens, dat de leverancier alleen aansprakelijk is wanneer het gebrek zich binnen een bepaalde termijn vanaf de koop manifesteert.
In plaats daarvan heeft men de aansprakelijkheid van de verkoper afhankelijk gemaakt van het soort product dat hij verkoopt. Aangezien een wasmachine langer meegaat dan een pak melk moet de verkoper van een wasmachine voor de kwaliteit daarvan veel langer instaan dan AH voor zijn melk. De verkoper van parkietjes heeft het wat dit betreft dus gemakkelijker dan de leverancier van papegaaien, die zoals bekend heel oud plegen te worden

Dit alles betekent, dat een koper van bijvoorbeeld een cv-ketel gerust mag verwachten dat zijn ketel vijftien jaar ongestoord functioneert. Bij veel mankementen heeft hij dan gedurende die hele periode in beginsel recht op genoegdoening. Mocht in dit voorbeeld de brander van de ketel al na vijf jaar stukgaan en de verkoper ter afwering van zijn aansprakelijkheid met de fabrieksgarantie van twee jaar op de proppen komen, dan kan de koper deze garantie naast zich neerleggen. De koper heeft er namelijk recht op, dat óók de gebreken die pas na het verstrijken van deze garantietermijn ontstaan gratis worden verholpen. Een consument hoeft met dit soort garanties dus geen genoegen te nemen.
Daarom is op de dooddoener van de winkelier, de garantie is helaas verstreken, juridisch gezien de enig juiste reactie: nou en?.

10. Garanties
Het is dus niet alles goud wat er blinkt in garantieland. Dat komt omdat de meeste winkeliers niet weten, dat men bij een consumentenkoop niet van de koopwet mag afwijken. Ook weten ze niet, dat er speciale wettelijke regels voor garanties bestaan. Daarin wordt onder meer geëist, dat op het garantiebewijs onder andere duidelijk moet worden vermeld, dat de wettelijke kooprechten door de garantie niet worden aangetast.

Een garantie is een bepaalde toezegging van de verkoper. Wanneer een garantie de koper méér rechten biedt dan waarop hij volgens de koopwet aanspraak kan maken, dan is het logisch om daarop een beroep te doen. Men noemt dit positieve garanties en ze zijn zeldzaam.
Negatieve garanties daarentegen bieden een koper véél minder dan waarop hij volgens de koopwet recht heeft. Dat is ook de hele opzet van dit soort garanties. Consumenten hoeven zich hiervan echter niets aan te trekken. Helaas komen negatieve garanties in de praktijk veel voor. Het is dus oppassen geblazen!
.
Een instructief voorbeeld van een negatieve garantie is de toezegging van de dierenhandelaar, dat de koper alleen bij bepaalde gebreken en onder bepaalde voorwaarden het gekochte dier te allen tijde mag omruilen. Op ten minste drie punten maakt deze garantie inbreuk op de rechten van de consumentkoper.

Ten eerste volgt uit de praktijk, dat omruiling in de dierenhandel geen passende vorm van genoegdoening is. Het is onmogelijk om een vogel die niet aan de overeenkomst beantwoordt door iets soortgelijks te vervangen.
Bij dieren met gebreken moet men zijn toevlucht daarom meestal zoeken bij de overige drie vormen van genoegdoening: kosteloos herstel, prijsverlaging of ontbinding van de koop. Het is niet toegestaan om een consumentkoper met alléén omruiling af te schepen.

Ten tweede worden in deze garantie aan het recht op omruiling voorwaarden gesteld. In de koopwet ontbreken deze voorwaarden. Wat telt is de vraag of de vogel aan de overeenkomst beantwoordt. Is dat niet het geval, dan heeft de koper automatisch recht op gratis herstel, prijsverlaging, ontbinding van de koop of desgewenst omruiling, ongeacht de voorwaarden van de dierenhandelaar.

Ten derde is omruiling slechts mogelijk bij twee met name genoemde gebreken. Nogmaals: het gaat bij de koop om de vraag welke verwachtingen men met betrekking tot de talloze eigenschappen van de vogel redelijkerwijs mag koesteren. Wordt de koper daarin teleurgesteld dan heeft hij recht op genoegdoening ook wanneer het andere gebreken betreft dan de twee uit de garantie.

Consumenten kunnen de hier besproken garantie naast zich neerleggen. Hun rechten zijn namelijk nooit beperkt tot de garantie. Men kan zich altijd op de koopwet beroepen. Deze wet biedt een heel ruim assortiment aan rechten. Daarom staan consumenten sterk! Kijk anders maar op http://www.staiksterk.nl./

11. Consumentenkoop versus gewone koop
De hiervoor beschreven koopwet staat in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek. Die wet geldt voor álle koopovereenkomsten die betrekking hebben op een ding of dier. Sommige wetsbepalingen zijn echter alleen op een consumentenkoop van toepassing. Deze bepalingen dienen ter bescherming van de consument. Officieel verstaat men onder een consumentenkoop “de koop met betrekking tot een roerende zaak, die wordt gesloten door een verkoper die handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, en een koper, natuurlijke persoon, die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf.
Is daarvan sprake dan kan bij overeenkomst niet van de koopwet worden afgeweken. Uit de voorgaande alinea blijkt echter, dat nog niet alle dierenhandelaren dit weten.

Een hobby kweker die regelmatig aan particulieren verkoopt valt al snel onder de wettelijke definitie van de consumentenkoop. In dat geval dient deze kweker met het voorgaande rekening te houden.

Kwekers die alleen onderling zaken met elkaar doen sluiten geen consumentenkoop. Daarom kunnen zij wél bij overeenkomst van de koopwet afwijken. Zo zouden ze bijvoorbeeld kunnen afspreken, dat een gebrekkige vogel alléén kan worden omgeruild zonder recht op schadevergoeding. In een schriftelijk contract kunnen dit soort afspraken worden neergelegd.

Ook een koop tussen twee particulieren onderling is geen consumentenkoop. Beide partijen kunnen dus naar believen van de koopwet afwijkende afspraken maken. De regels uit de koopwet die de consument moeten beschermen tegen de professionele handel zijn niet van toepassing op een overeenkomst tussen twee particulieren.

12. Contract
Hoewel een mondelinge koop even rechtsgeldig is als een schriftelijke, verdient een schriftelijk contract de voorkeur. Misschien niet bij de koop van een parkietje maar wel bij de aanschaf van een kostbare papegaai. Om botsingen tussen partijen te vermijden kunnen in een dergelijk contract de belangrijkste rechten en plichten worden vastgelegd. Pakara heeft daarvoor een model ontwikkeld: het Pakara Koopcontract. Welzijn en gezondheid van papegaaien, kaketoes en ara’s staan hierin centraal. (www.pakara.nl)

13. Slot
Bij een consumentenkoop is de contractuele speelruimte beperkt. Afwijkingen van de koopwet ten nadele van de consument zijn verboden, zoals uit het voorgaande bleek. Die komen in het Pakara Koopcontract dan ook niet voor.
Ook in het contractenrecht geldt dat er verschillende wegen naar Rome leiden en dat er dus ook andere contractversies mogelijk zijn. De speelruimte hiervoor is echter zeer beperkt.
Wanneer men zich in de hier beschreven materie verder wil verdiepen dan kan men daarvoor de volgende boeken en uitspraken gebruiken.

Boerema 2003: Luuk Boerema, Praktisch dierenrecht, Den Haag, Koninklijke Vermande 2003.
Loos: M.B.M. Loos, Consumentenkoop. Monografieën Nieuw BW, Deventer, Kluwer 2004

Rijdende rechter 30 september 2002, Tijdschrift voor Consumentenrecht 2003, p. 315 (Moonen-Hartman/Happy Pet inzake Max met de Zwakke Heupen).
Rijdende rechter 10 juni 2002, Tijdschrift voor Consumentenrecht 2003, p. 318 (Noppers/Van der Meulen inzake De Mislukte Herder).
Zondag 31 Juli 2005 11:07 am


Lees verder over dit onderwerp

Volgende pagina:
Vorige pagina: